Deze recensie is in samenwerking met Mario van Os geschreven.
No-Man (officieel schrijf je overigens no-man) is de muzikale samenwerking tussen zanger Tim Bowness en multi-instrumentalist Steven Wilson. In 1987 opgericht als No Man Is an Island (Except the Isle of Man), waarna in 1990 de naam werd ingekort tot no-man. De muziek van No-Man is te omschrijven als art-pop, triphop en electro-pop. Een samensmelting van artistieke dance, elektronische popmuziek, epische suites, psychedelische rock en ambiente soundscapes. En alhoewel de muziek van No-Man sterk afwijkt van het huidige Porcupine Tree-geluid, vallen toch veel overeenkomsten en wederzijdse invloeden met de vroegere PT-albums te ontdekken. Niet zo vreemd natuurlijk als je bedenkt dat de stuwende kracht achter beide bands Steven Wilson is. Saillant detail is dat Porcupine Tree een muzikaal uitstapje was voor No-Man. Dat dit anders is uitgevallen weten we ondertussen allemaal.
Deze boxset “Housekeeping” is een uitgebreide verzameling van het eerste werk van No-Man voor het OLI (One Little Indian) label. Het bevat alle singles, b-sides, ep’s, beide albums “Loveblows & Lovecries” en “Flowermouth”, verschillende alternatieve uitvoeringen en BBC-opnames uit de periode tussen 1990-1994. De meeste opnames zijn uniek en erg zeldzaam. De heruitgave hiervan op deze boxset met 5 cd’s is dan ook zeker welkom voor de fans. Voor de hardcore fan is deze boxset nog uit te breiden met het ook uiterst zeldzame – voorheen alleen op cassette uitgebrachte – “Swagger”-album (zowel op cd, als op vinyl en cassette).
Cd1 “Lovesighs – An Entertainment”
Het eerste album start met het mini-album “Lovesighs” uit 1992, dat de eerste twee singles (Colours en Days In The Trees) van de band bevat met extra tracks, opgenomen voor hun derde single Heartcheat Pop. Het eerste nummer is deze derde single die een interessant stukje popmuziek laat horen, met een jaren negentig dansbare deun en sterk instrumentarium. Het vioolwerk van Ben Coleman (toenmalig vast lid van de band) is een heerlijke versterking van dit nummer. Hoewel in een andere tijdgeest, is het laatste solowerk van Steven Wilson ook hier goed te horen.
De single Days In The Trees is ook opgenomen in al zijn verschijningsvormen. Deze single uit 1991 is een duidelijk visitekaartje van Tim Bowness. Zijn expliciete, melancholische stemgeluid drukt een stempel op en geeft een geheel eigen sfeer aan dit nummer. Het prachtige gitaarwerk van Wilson maakt dit nummer extra bijzonder. Overigens is de remixversie die hier is opgenomen ook eerder uitgebracht op het compilati-album “All The Blue Changes” (uit 2006).
De eerste single van het drietal (Bowness/Coleman/Wilson) – Colours – is een cover van de Schotse singer-songwriter Donovan (Leitch). Een remix van de oorspronkelijke single is opgenomen op dit album. Het vioolwerk van Ben Coleman mag hier zeker vermeld worden, samen met de triphop beat maakte dat met dit nummer het platencontract bij OLI werd bestempeld.
Cd2 “Loveblows & Lovecries – A Confession”
“Loveblows & Lovecries – A Confession” is het eerste officiële album van No-Man, dat in mei 1993 werd uitgebracht. Het originele album telt tien nummers. In datzelfde jaar werd nog een versie uitgebracht met een extra cd met daarop acht nummers. De meeste van deze nummers tref je aan op “Lovesighs – An Entertainment” die in deze boxset zit.
Dit album laat overduidelijk horen dat Bowness en Wilson destijds sterk beïnvloed waren door dansbare synthesizerpop. Het schijfje is daarom een intrigerende combinatie van artrock, dansbare synthpop, elektronische ambient pop en triphop. Want van dat laatste waren de heren bepaald niet vies, zo laten Loveblow en Only Baby horen.
Het schijfje heeft ook zijn donkere kant met nummers als Babyship Blue (met invloeden van deep house) en het downtempo Housekeeping, de naamgever van deze boxset. Het zijn gevarieerde en dansbare ritmes met veel elektronica die letterlijk de boventoon voeren. Wilson treedt met zijn gitaarspel slechts spaarzaam naar voren.
Hoogtepunt van deze cd is wat mij betreft Sweetheart Raw. Dit gevarieerde nummer van zes minuten (op cd3 is overigens de uitvoering van negen minuten opgenomen) heeft een fraaie baslijn, gespeeld door Mick Karn op zijn fretloze bas. Inclusief Steve Jansen en Richard Barbieri is vrijwel het volledige Japan bij dit nummer betrokken. Naast de triphop ritmes doet de zang van Bowness hier denken aan dat van Neil Tennant (Pet Shop Boys). Steven Wilson krijgt ruimte met een gitaarpartij zoals we die aantreffen op de vroege Porcupine Tree-albums.
Vanwege de zang, maar ook het hoge synthpop karakter, doen Lovecry en Beautiful And Cruel sterk denken aan Pet Shop Boys. Tulip treffen we aan in twee versies, waarvan de originele versie het meest interessant is. Er hangt aanvankelijk een sinistere sfeer met viool, piano en soundscapes. Verder komen Chic-achtige gitaarakkoorden voorbij en leeft Wilson zich uit met tal van effecten. Break Heaven borduurt verder op het voorgaande, maar heeft aan het eind een licht experimenteel stuk met soundscapes van Wilson.
Een naam die nog niet genoemd is, is die van Ben Coleman. Met zijn spel draagt de violist onopvallend veel bij aan de meeste nummers. Dan weer op de achtergrond, dan weer op de voorgrond, zoals op Painting Paradise, wat ik een van de betere nummers op deze cd vind. Maar ook op Heavens Break speelt hij een grote rol.
Niet op de originele Engelse versie, maar wel op de Amerikaanse – en hier als bonus – staat Taking It Like a Man. Het is een uiterst dansbaar poppy nummer met een aanstekelijk en repeterend Hammond-riedeltje. Het nummer bereikte de 34e plaats op de Billboard Dance Chart in april 1994 en werd gebruikt in het Amerikaanse tv-drama Models, Inc.
Cd3 “Singles”
Het derde album in deze box, “Singles” genaamd, is een verzameling van los uitgebrachte singles in de periode tussen 1992 en 1994, te beginnen met het in 1992 uitgebrachte Ocean Song, inclusief beide b-nummers. Opmerkelijk goed is de extended versie van Sweetheart Raw. Een experimentele uitspatting met hulp van de Japan-leden Mick Karn op bas, Richard Barbieri op toetsen en drumprogrammering door Steve Jansen. Een ander opmerkelijk nummer is het 22 minuten durende epische stuk Heaven Taste. Aan dit als b-side van Painting Paradise verschenen ambient, trance en dance nummer uit 1993 werkte wederom het hiervoor genoemde Japan-trio mee. Dit heeft dezelfde allure en uitstraling als het latere Porcupine Tree-nummer Moonloop.
Cd4 “Flowermouth”
De recensie van de heruitgave van dit album uit 2005 kan je hier lezen. In deze box zit de originele en geremasterde versie met negen nummers. De nieuwe mastering voegt niet veel meer toe aan het origineel.
Cd5 “Radio Sessions”
De vijfde en laatste schijf in de set is gevuld met een aantal Radio Sessies uit 1992-1994 voor de BBC. Door de semi-live of akoestische uitvoering van hun nummers, inclusief de verschillende en diverse gastmuzikanten, geeft dit de muziek een andere beleving en gevoel. In 1992 speelde de band meerdere liveshows met de bandleden van Japan, Steve Jansen, Richard Barbieri en Mick Karn. De muzikanten, die hun medewerking ook verleenden aan het debuut “Loveblows and Lovecries” horen we hier in de “BBC Radio Hit The North sessies”. Met name in deze versie van Days In The Trees horen we de invloeden van Japan duidelijk. Ook het ‘echte’ drumgeluid van Steve Jansen is een winst boven de drumcomputer. Op de akoestische versies, opgenomen op 2 juli 1994 in de No Man’s Land Studios in Hemel Hempstead (Steven Wilson’s home studio vanaf 1993), horen we Colin Edwin en Chris Maitland (die later deel uitmaken van Porcupine Tree).
Conclusie
Met deze heruitgave in de vorm van een fraaie boxset kunnen alle liefhebbers die geïnteresseerd zijn in de back catalogue van Steven Wilson eindelijk hun collectie compleet maken. Degenen die de beginperiode van No-Man voor het eerst horen zullen verrast, verrukt, wellicht ontgoocheld of zelfs teleurgesteld zijn. Maar toch is dit de vooruitstrevende voorbode van de psychedelische en progressieve muziek die de veelzijdige Steven Wilson nog voor ons in petto had. Met name de eerste albums van Porcupine Tree – “On The Sunday Of Life …”, “Up The Downstair” en “The Sky Moves Sideways” – hebben duidelijk raakvlakken met de albums uit deze box. No-Man gaat wel veel meer de trance/dance richting op, maar toch is dit het ontdekken waard.