Zo’n twee en een half jaar na het verschijnen van het vorige album, “Distance Over Time”, is op 22 oktober 2021 het 15e studioalbum van Dream Theater verschenen.
‘Dankzij’ de Corona pandemie is dit album ruim een jaar eerder verschenen dan oorspronkelijk gepland. De crisis legde namelijk hun uitverkochte wereldtournee stil, maar de muzikanten gingen niet bij de pakken neerzetten en legden zich toe op het schrijven en opnemen van dit nieuwe album. Hun splinternieuwe DTHQ (Dream Theater Headquarters) in New York was net klaar, waardoor ze hiervoor ook vol konden gaan. James LaBrie schreef aanvankelijk – via Zoom – mee vanuit zijn thuisstudio in Canada, maar kon in het voorjaar van 2021 face-to-face met John Petrucci zijn zang opnemen. Deze switch in aanpak heeft duidelijk voordelen voor de zangpartijen opgeleverd. Meer over de totstandkoming, de opname en de betekenis van het album in het interview dat ik met LaBrie mocht hebben,.
Return to the roots. Dit schreef ik over het album “Distance Over Time”. Dream Theater was weer helemaal terug op het stevige prog metal pad. De vraag is natuurlijk welke richting dit nieuwe album is opgegaan. En dat is de moeilijkste vraag voor dit schijfje. Het album grijpt zeker terug op hun uitgebreide repertoire, maar doet dit op een unieke wijze – hetgeen natuurlijk ook kenmerkend is voor Dream Theater. Uit de pers-info haal ik onder andere ‘The album ultimately threaded together lean and uncompromising hooks with tried-and-true technical proficiency.’ Oftwel de muziek op dit album is helder en compromisloos, complex en gevuld met beproefde technische vaardigheden van alle bandleden.
In een interview op Musicradar geven de DT-leden aan dat ze allen geïnspireerd en beïnvloed zijn door hun album “Scenes From A Memory”. Maar er zijn veel meer herkenningspunten. Hun tweede single, Invisible Monster, heeft duidelijke invloeden van “Images And Words” en “Awake” uit hun beginjaren, Awaken The Master kent een ‘mindblowing intro’ die het ook goed gedaan had op “Black Clouds & Silver Linings” of “Dream Theater” en het titelnummer is een echt – nu al klassiek – epic nummer in de lijn van A Change Of Seasons en Octavarium (tot nu toe mijn beste nummers van Dream Theater).
Met bovenstaande opsomming van een groot deel van hun discografie lijkt het alsof dit album een herhaling van zetten is, bekende nummers in een nieuw jasje. Echter niets is minder waar… dit album is vernieuwend, van uitermate hoogstaande kwaliteit, met uitstekende riffs en – als dit al mogelijk was – nog betere beheersing van instrumenten. James LaBrie zegt hierover “We approach every album like it’s our first”. Wat blijft in elk Dream Theater album is de complexiteit in de song-structuren, de schitterende uitgebreide instrumentale stukken en de sublieme solo’s en duels. Daarnaast staat het album vol met nog te ontdekken details, een album dat zeker nog gaat groeien en genot geeft voor toekomstige luisterbeurten.
Ik ga hier niet alle nummers afzonderlijk bespreken – de meeste staan ondertussen op YouTube – maar ik kan natuurlijk niet om het meesterstuk A View From The Top Of The World heen. Dit epic nummer – dat ruim twintig minuten klokt – start met een heerlijke orkestrale ouverture. Mike Mangini’s drumwerk, het gitaarwerk van John Petrucci en het toetsenwerk van Jordan Rudess vullen hier elkaar perfect aan. Dat men tijd heeft genomen in hun eigen studio is duidelijk te merken, de melodieën en technieken zijn tot in perfectie uitgewerkt. Na zo’n drie minuten horen we de vocale prestatie van James LaBrie. De rust, ruimte, de tijd thuis en de mogelijkheden in de studio hebben zijn stem zeker goed gedaan. Ik ben nooit een grote fan geweest van zijn vocale prestaties, maar op dit album klinkt het overtuigend. In tegenstelling tot de meeste Dream Theater albums kent dit album geen ballads, maar het middenstuk kent een rustige, kalme wending met een balladachtig niveau. Vooral het stemgeluid van LaBrie bezorgt je hier kippenvel. Het ballad gedeelte sluit af met een magnifieke gitaarsolo van Petrucci, eentje om je vingers bij af te likken. Deze solo luidt het eindstuk in dat wederom heavy en bombastisch is. De basriffs John Myung – die het gevecht met de gitaar van Petrucci lijken aan te gaan – mogen er zeker zijn. De finale heeft een verwijzing naar Scene Nine: Finally Free.
De laatste tonen zijn dan weer vergelijkbaar met de begintonen van hetzelfde nummer. En zo is de cirkel weer rond en kan het nummer of het gehele album op repeat.