Het nieuwste Samurai Of Prog album is een waar stuk ‘whodunnit’ symfotheater geworden.
In het verhaal van “A Quiet Town” wordt in het plaatsje Gadsden County (Florida) een plaatselijke prostituee vermoord. Zij was op de hoogte van een uitgebreide drugshandel die werd gerund door de arts, de burgemeester, de directeur van de zeepfabriek en de priester. De prostituee wilde met behulp van een oude schoolvriend die nu bij de politie werkt als inspecteur, deze drugshandel proberen bloot te leggen, waarbij de directeur van de zeepfabriek zou worden gespaard. Ze hadden meteen na de zondagsmis afgesproken om een en ander te bespreken. De burgemeester en de arts waren hun plannetje echter op het spoor gekomen en sloegen meteen na de mis toe. De directeur van de zeepfabriek werd in bedwang gehouden, terwijl de prostituee werd vermoord. De politie-inspecteur kwam helaas te laat en trof de prostituee dood aan in een biechtstoel met een vreemde glimlach op haar gezicht. In haar doodstrijd had de prostituee bovendien het bordje met de inscriptie INRI van het kruis getrokken. En deze inscriptie leidde uiteindelijk, tezamen met de vondst van de sjaal waarmee de prostituee was gewurgd, tot de ontmaskering van de arts, de burgemeester en de priester. Uiteindelijk kwam ook de betrokkenheid van de directeur van de zeepfabriek bij de drugshandel aan het licht.
Het verhaal, de teksten, evenals de muzikale koker waarin het verhaal is gegoten, is van de hand van Marco Grieco. Vandaar de toevoeging “Featuring Marco Grieco” op de albumhoes. Dit is het derde album van The Samurai Of Prog waarop alle muziek van de hand van één componist komt.
Met “A Quiet Town” heeft Marco Grieco een waar huzarenstukje verricht en zich daarmee gerevancheerd voor het tegenvallende “Anthem To The Phoenix Star”. Dit is het meest coherente en toegankelijke album van The Samurai Of Prog tot nu toe geworden.
Het album heeft een zeer logische opbouw door te openen met de vondst van het slachtoffer door de inspecteur, daarna alle betrokkenen aan het woord te laten met hun eigen kijk op de zaak en uiteindelijk de inspecteur, na uitgebreid onderzoek, alle betrokkenen te confronteren met hun werkelijke aandeel in deze misdaad. Er is niet gekozen voor een rolverdeling onder de vocalisten, iedere vocalist zingt één track.
Grieco is erin geslaagd dit in een bijna puur symfonische jas te gieten: veel klassieke akkoordsequenties, prachtige melodieën, gezongen door sterke vocalisten, heerlijk en avontuurlijk toetsenspel, afgewisseld met geweldige en smaakvolle gitaarsolo’s.
Het album opent met een rustige, bluesy mondharmonica, begeleid door een akoestische gitaar en viool, om duidelijk te maken dat we hier met een klein stadje in de Verenigde Staten van doen hebben. Elektrische gitaar, bas, drums en toetsen nemen het themaatje over en voordat we het in de gaten hebben zitten we in een dramatische en zwaar symfonische muzikale omgeving. Grieco laat zich van zijn meest virtuoze kant horen en vertoont daarin veel gelijkenis met het spel van Rick Wakeman. Het koor en het kerkorgel refereren aan de plaats delict. In elke track worden we getrakteerd op een heerlijke gitaarsolo. De heren Craven, Nisula en Jokinen weten van elke solo weer een feest te maken. Zo ook in deze openingstrack.
The Crime is instrumentaal en gebaseerd op een bluesriff. De sfeer van de misdaad wordt uitstekend getroffen. Halfweg horen we een aantal doodskreten van het slachtoffer, waarna de heren er nog een schepje bovenop doen. Tegen het eind horen we een licht St. Louis/dixieland-deuntje met gesamplede instrumenten als verwijzing naar de prostituee, wat overgaat in een gitaarsolo in een zwaar orkestrale setting.
The Priest heft zijn klaagzang aan over de godsvreemde levenswijze van de prostituee en wordt daarbij weer ondersteund door het kerkorgel. Ook hij verwijst weer naar haar met een vaudeville/dixieland-achtig deuntje. Dit wordt echter voorafgegaan door een prachtige fluitmelodie die het stokje doorgeeft aan de gitarist van dienst, Ben Craven, die toevallig ook de zanger is.
De directeur van de zeepfabriek (businessman) wordt meesterlijk vertolkt door Steve Unruh, die bij deze track ook tekstuele inbreng heeft. In dit proggy nummer horen we in het eerste deel veel Hammond, in het tweede deel veel synthesizer.
De burgemeester wordt ingeleid door een a capella koortje, dat wel wat weg heeft van het intro van Bohemian Rhapsody. In het verdere verloop horen we veel Beach Boys-achtige vocalen.
De hypocriete arts wordt sterk vertolkt door Marco Vincini en omlijst door veel Genesis-achtig toetsenspel.
Daarna mag de inspecteur aan de slag met alle aanwijzingen in Dance Of Clues, waarin Grieco op piano een aantal motiefjes uit de voorgaande tracks laat terugkeren.
The Solution – Part 1 is een symfonische minimusical waarin de inspecteur zijn bevindingen deelt met alle aanwezige verdachten. Alle rollen worden hierin uitstekend vertolkt door Michael Trew, zanger van Moon Letters, een symfoband uit Seattle. Deze minimusical staat bol van dramatiek en muzikale hoogstandjes. Dit geldt in iets mindere mate voor The Solution – Part 2.
In de slottrack horen we de inspecteur zijn rapport uittypen, ondersteund door Linus Kåse op de saxofoon. Al snel ontspint zich een vlammend instrumentaaltje met een hoog symfonisch gehalte.
Daarna is het wel even bijkomen van deze spannende detective met al die prachtige muzikale pareltjes. Ik durf rustig te stellen dat dit meesterwerk, mede dankzij de creatieve inbreng van Marco Grieco, tot het allerbeste behoort wat de Samurai Of Prog tot nu toe hebben uitgebracht. Zie daar nog maar eens overheen te komen.
Hopelijk binnenkort in uw theater…